Compensatiegedrag

Hetgeen waar klassiek homeopaten in hun praktijk mee te maken krijgen is compensatiegedrag. Compenseren betekent eigenlijk tegen elkaar opwegen/vereffenen. Op zich is het, het verbloemen van een aantal eigenschappen. Meestal betreft het dan die eigenschappen die men liever niet bij zichzelf ziet. Het is dus een tegenwicht voor iets in onze aard.

Iemand zal zich het meest op zijn gemak voelen in omstandigheden waarin hij zichzelf zo min mogelijk hoeft te compenseren. Jezelf steeds maar weer compenseren kost veel energie.
Om een patiënt te kunnen begrijpen en helpen moet je kunnen zien of en zo ja waarin hij/zij zich compenseert.
Over het algemeen zou je kunnen zeggen dat iemand meestal kiest voor situaties waarin hij zich zo min mogelijk behoeft te compenseren. Iemand die enorm rusteloos is voelt zich immers niet thuis in een beroep waarbij hij de gehele dag achter zijn bureau moet zitten, maar zal liever een beroep kiezen waarbij hij in beweging zal kunnen blijven.
Ook in relaties zal men compenseren. Iemand die van zichzelf een zeer dominante inslag heeft zal zelden kiezen voor iemand met dezelfde karaktertrek. Liever wordt gekozen voor een meegaande partner. De kennis van compensatiegedrag is erg belangrijk voor een klassiek homeopaat. Immers tijdens een anamnese is al snel duidelijk welke gevoelens niet gecompenseerd worden. De gecompenseerde zijn moeilijker te vinden.

Als iemand karaktertrekken vertoont waarvan hij/zij denkt dat deze als slecht zouden kunnen worden aangemerkt dan volgt vaak compensatiegedrag. Hoe sterker deze ‘slechte’ karaktertrek hoe meer compensatie. Soms gaat dit over in overcompensatie. Dit houdt in dat men vrijwillig een gedragspatroon ontwikkelt dat precies het tegenovergestelde is van het werkelijke karakter van de persoon. Deze overcompensatie vindt plaats wanneer iemand zich in een situatie bevindt die zeer sterk tegen de eigen aard in gaat. Hierdoor zal iemand zich onprettig gaan voelen.
Hoe meer compensatie, hoe meer tijd we nodig hebben om ons ontspannen te voelen.

Als een klassiek homeopaat tijdens een consult niet in de gaten heeft dat een patiënt compenseert zal hij/zij op het verkeerde been worden gezet en grote moeite hebben het juiste middel te vinden. Onderaan dit artikel zal ik u daarvan een voorbeeld geven aan de hand van een casus, die overigens met toestemming van de inmiddels ongecompenseerde patiënt gepubliceerd mag worden.
Een (redelijk) gezond persoon zal weinig behoefte voelen zich te compenseren.

Er dient een onderscheid te worden aangebracht tussen uitingen en compensaties.
Bij een compensatie wordt er gemaskeerd, bij een expressie niet.
Als voorbeeld: is iemand bang om alleen te zijn dan zal deze persoon dit uiten door een verlangen naar gezelschap. Dit is dus geen compensatie maar een uiting. Van compensatie spreekt men indien iemand bang is om alleen te zijn, maar waarbij deze persoon zichzelf steeds maar weer inprent dat hij niet bang is en juist alleen zal blijven, om zichzelf te bewijzen dat hij dat wel kan. Compensatie is als je doet wat je eigenlijk niet zou willen doen.
Om het nog iets ingewikkelder te maken: Compensatie is een poging om te ontkennen.
Elk mens draagt polariteiten in zich, net zoals elk homeopatisch middel dit in zich draagt.

greenline3

Casus

Een man van midden dertig bezoekt een klassiek homeopate met een aantal lichamelijke klachten. Een aantal van zijn klachten zijn: maagkrampen, frequent hoofdpijn, vermoeidheid en rugklachten.
Hij vertelt altijd voor iedereen klaar te staan, als het moet midden in de nacht. Hij verwacht daar ook niets voor terug zegt hij. Hij komt spontaan over en praat makkelijk over zichzelf.
Mensen met problemen komen altijd bij hem voor raad. Als de homeopate hem vraagt of hijzelf enig idee heeft waarom die mensen altijd bij hem komen met problemen, schudt hij ontkennend zijn hoofd. Hij heeft een beroep waarbij hij vaak lezingen en voorlichtingen moet geven. Hij geeft aan daar geen enkele moeite mee te hebben. Hij doet dat met alle liefde.
Hoe de homeopate ook vraagt en onderzoekt; zij heeft er geen idee van waarom deze meneer deze klachten heeft ontwikkeld. Op grond van wat hij heeft verteld schrijft zij een middel voor. Dit middel doet erg weinig.

Een ander middel volgt, dit doet ook weinig. Een derde middel doet helemaal niets. Een vierde heeft ook geen enkele verbetering tot gevolg.
Na het vierde middel besluit zij dieper te gaan graven. Als zij dat gaat doen bemerkt zij voor het eerst dat deze meneer zich ongemakkelijker gaat voelen. Hij wordt stukken terughoudender in het verstrekken van informatie. Stom toevallig is de volgende patiënt van die dag een oude studiegenoot van deze meneer. Zij treffen elkaar voor de deur van de praktijk. Bij binnenkomst steekt de oude studiegenoot onmiddellijk van wal en vertelt
wat een hekel hij aan deze meneer heeft gehad en waarom.Het blijkt hem erg hoog te zitten.Met stomme verbazing hoort de homeopate de verhalen stilzwijgend aan.
Ineens valt het kwartje bij de homeopate. Het betreft hier een enorme overcompensatie. Om te bezien of dat daadwerkelijk zo is, vraagt zij deze meneer om terug te komen voordat zij een ander middel voorschrijft. Door middel van een andere vraagstelling, de daarop volgende reactiepatronen en antwoorden van deze meneer wordt de compensatie al snel duidelijk.
Hij sterft van de zenuwen bij elke voordracht die hij moet houden. Hij verafschuwt deze angst en compenseert met een vertoning van zelfverzekerdheid, het maken van grapjes en jovialiteit. Dit alles blijkt gebaseerd te zijn op zijn kindertijd. Thuis is hij helemaal niet zo joviaal en gemakkelijk als hij heeft doen voorkomen. Buiten het vertrouwde werd gecompenseerd. Binnen het vertrouwde (huwelijk en eigen omgeving) was hij ongecompenseerd.
Er volgt nog 1 consult, waarna de homeopate een keus maakt aangaande een middel. Hij reageert hier heel goed op. ¾ jaar na dit laatste middel is hij van al zijn klachten af. Hij heeft geleerd dat iedereen onzeker mag zijn en niet hoeft te compenseren op dat gebied. Hij heeft ook geen schijnvertoningen meer nodig om gewaardeerd te worden door zijn omgeving, zoals hijzelf zegt. Hij geeft nog steeds lezingen en is daadwerkelijk zelfverzekerder, omdat hij weet dat hij ook onzeker mag zijn. Zijn huwelijk is beter en hechter geworden omdat er een basis van gelijkwaardigheid is ontstaan. In het laatste consult vertelt hij zich nog nooit zo vrij en gelukkig gevoeld te hebben.

Behandelduur: 1 jaar en 3 maanden
Aantal consulten: 10
Aantal middelen: 5, waarvan de laatste in twee verschillende potenties.

Deel dit artikel op..
Dit bericht is geplaatst in Artikelen C met de tags . Bookmark de permalink.